Wat je als ouder kan doen om je kind met faalangst te helpen
Regelmatig spreek ik ouders die zich afvragen of hun kind faalangstig is. Ouders die zien dat hun kind soms wat op de achtergrond blijft of ouders die zich afvragen of hun kind niet te voorzichtig is.
Kinderen die niet spontaan zijn bij een eerste kennismaking en zelf weinig initiatief nemen in contact met anderen.
Ouders van kinderen die zo tegen toetsen op school op zien, dat ze klagen over buikpijn en hoofdpijn. Kinderen die het zo graag goed willen doen en de lat hoog leggen. Ouders die hun kinderen hard zien werken en het moeilijk vinden hulp te vragen.
Wat is van wie?
Wat mee kan spelen in de zorgen van deze ouders is dat zij ook wel iets van die angst bij zichzelf herkennen. Ouders die ik hoor zeggen; het zou zo fijn zijn als mijn kind niet dezelfde angst of druk voelt als dat ik vroeger (en soms nu ook nog) had.
En ook ik als moeder herken dit. Mijn dochter kan soms een echte stresskip zijn en het moeilijk vinden om hulp te vragen bij de juf. Ze wil het zelf oplossen en vindt dat ze het zelf moet kunnen. De hoge lat herken ik niet direct maar het zelf doen wel.
Ik heb in mijn leven mogen leren dat ik niet perse degene ben die het moet oplossen en dat ik er vertrouwen in mag hebben dat een ander mij ook kan en mag helpen.
De eerste stap kan soms bij ouders beginnen
Hier zijn we dan ook meteen bij het eerste punt gekomen hoe jij als ouder je kind kan helpen. Voorleven speelt een grote rol bij de faalangst van een kind.
Dit is dan ook vaak waar het gesprek met de ouders over gaat. Los van het feit of er mogelijk sprake is van faalangst bij hun kind, kan het al heel helpend zijn voor jouw kind als jij als ouder jouw eigen angst leert (he)erkennen. Dat je aan jouw kinderen laat zien, voelen en ervaren dat het oké is om hulp te vragen, dat het oké is om fouten te maken en dat je niet altijd een 8+ hoeft te halen.
Dat het oordeel van een ander of de mogelijke gedachte van een ander niets zegt over jou. En dat het prima is om even de tijd te nemen om te wennen aan een nieuwe situatie als dat is wat bij jouw past.
Wanneer ouders voor zichzelf met deze thema’s aan de slag gaan kan er al veel veranderen bij het gedrag van het kind. Niet altijd is het nodig dat een specialist met jouw kind aan de slag gaat.
Hier een aantal tips voor thuis
1. Maak fouten, benoem en erken ze
Wellicht een inkoppertje maar als je kind jouw fouten ziet maken en ziet dat de wereld dan niet vergaat, zal het zelf ook makkelijker fouten durven maken.
Kinderen die opgroeien in een omgeving waar weinig fouten worden gemaakt of fouten worden weggepoets zullen denken dat het fout is om fouten te maken. Kinderen die ervaren dat het niet erg is om eens iets onhandigs te zeggen, de humor hiervan in kunnen zien of merken dat je door opnieuw proberen een stukje verder komt, zullen fouten maken als minder zwaar ervaren.
2. Benoem je gevoel
Door over gevoelens en emoties te praten leer je een kind al vanaf jonge leeftijd woorden te geven aan gevoelens. Hierdoor zal het gemakkelijker kunnen benoemen dat ze spanning voelen in hun lijf (i.p.v. buikpijn). Benoem het dus ook naar je kinderen als je zelf iets spannend vindt.
Ik vind hoogtes bijvoorbeeld altijd spannend, toch heb ik jarenlang geklommen op een klimwand en ga ik nog regelmatig met mijn kinderen naar een klimpark. Ja “Mama vindt het eng, maar toch kan ik er ook van genieten en trots zijn en plezier beleven ondanks de spanning.”
Benoemen dus en laat ook zien wat er gebeurt en hoe jij je voelt als je het ondanks spanning wel doet!
3. Help oplossingen bedenken maar los het niet op
Als ouders vinden we het niet leuk om ons kind te zien worstelen met moeilijke momenten. Met liefde springen we bij en dragen soms de oplossing al aan of doen het klusje wel even voor ze.
Heel lief maar hierdoor leren kinderen niet dat ze het zelf kunnen. Klinkt eigenlijk best logisch hè?
Als je kind het spannend vindt om zich voor te stellen in een nieuwe situatie bespreek dan samen wat het kan doen. Stel vragen al:
“Wat kan er gebeuren?”,
“Wat heb je nodig om het (toch) te doen?”
”Wat helpt je om vertrouwen te voelen?”
Soms wil je kind een knuffel, een gelukssteentje of kusje van mama mee. Soms helpt om het thuis al even te oefenen of te denken aan die ene keer dat het zich heel sterk en trots voelde.
4. Wees trots op de inzet (“vergeet het resultaat”)
We zijn geneigd onze kinderen te complimenteren op het bereikte doel:
“Wat goed je hebt een goed voor je toets.”,
“Een 8 ik ben trots op je.”
“Je hebt gewonnen, Kanjer!”
Kinderen kunnen hierdoor het gevoel krijgen dat het belangrijk is om hoge resultaten te halen of altijd te winnen. Wanneer we meer complimenten geven op de inzet en de weg die is afgelegd zullen kinderen zich gewaardeerd voelen op hun inzet en doorzettingsvermogen.
Denk hierbij aan complimenten als:
”Ik zie dat je vaak geoefend hebt”
“Wat deed jij je best zeg!”
“Ik ben trots op de manier waarop jij aan het oefenen bent geweest!”
5. complimenteer de fout
In navolging op de vorige tip; Als er dan toch een keer iets ‘fout of ‘mis’ gaat praat dan positief met je kind.
Leg niet de nadruk op de fout maar;
- Geef aan hoe stoer je het vond dat het bijvoorbeeld toch die moeilijke truc heeft geprobeerd met het skaten
- Dat het hard gewerkt heeft voor de toets
- Dat het nu weet wat nog moeilijk was en het daar juist extra op kan oefenen voor de volgende keer.
Draag uit dat leren in stapjes gaat; jij kon ook niet meteen lopen, fietsen en schrijven of als ouder Engels praten, autorijden of die moeilijke klus op het werk.
En tot slot; lach en geniet met en van elkaar!
Behoefte aan meer?
Meer tips zijn te vinden in onze andere blogs, bijvoorbeeld: https://faalangstcentrumrotterdam.nl/faalangsttraining-bij-ons/
Mocht je na het toepassen van deze tips behoefte hebben aan meer informatie over dit onderwerp of over een training voor je kind, mail ons dan: info@faalangstcentrumrotterdam.nl
Blog geschreven door Nicole de Gruijter – praktijk Intense Kinderen voor Faalangstcentrum Rotterdam